Brood en gebak eten is lekker. De bakker maakt dat allemaal in zijn bakkerij. In dit boek wordt duidelijk verteld wat een bakker allemaal moet doen vooraleer het brood ’s morgens in zijn winkel ligt. Nadat de kleding en de werkmaterialen van de bakker beschreven zijn, wordt een werkdag van de bakker nader bekeken. Hij moet vroeg opstaan, deeg maken, deeg kneden, alles laten rijzen, in de grote oven steken en zorgen dat er niets aanbakt. Ook taartjes en koekjes bakt en versiert hij. Zodat er ’s ochtends vers brood en gebak klaar ligt om gekocht te worden.
Uitstapje naar de bakkerij
Knippen en plakken: 'Een taart'
Puzzelwerkje: 'De baker'
Schrijfdans: 'Pannenkoeken' :-)
Voorleesweek:
Naar aanleiding van de voorleesweek kwamen leerlingen uit het 4de leerjaar ons een verhaaltje vertellen.
Op vrijdag bakken we pannenkoeken!!
 |
